‘Geloof, hoop en liefde. Dat bezielt ons.’

Er was geen houwen aan met die rieten daken

Hoe kom je in Randwijk terecht?

Gerard
Daarvoor moet je bij onze grootouders zijn. Die woonden hier ook al. Mijn grootvader had een boerderij in Barneveld. Toen mijn vader nog maar twee jaar was overleed oma. Zij was van ongeveer 1880. Toen is mijn opa hertrouwd, met de huishoudster, en liet dit huis bouwen aan de Knoppersweg. Dat was in de jaren ’30, vlak voor de oorlog dus.

Ineke

En mijn opa Leeuwis was hier een markant figuur in Randwijk. Hij was de veldwachter. Ik denk dat hij in Renkum geboren is, maar hij heeft hier bijna z’n hele leven gewoond. Hij was echt een man met gezag, met die grote snor viel hij op. Hij woonde aan de Bredeweg, drie huizen verder dan waar wij de winkel hadden. Dat was nummer 61, het Veldwachtershuis. Daar zit geloof ik nog steeds een hok in met tralies ervoor. Je kon het zien als je het pad opliep. Voor als hij iemand had gearresteerd. Het was een vurige man. Niet alleen qua karakter, Leeuwis was ook brandweercommandant. Onder de kerktoren, die er nu niet meer is, stond de handkar met de pomp. De toren was van de gemeente. Twee keer is de hele Erfstraat afgebrand in zijn tijd. Daar was geen houwen aan met die rieten daken van toen allemaal. Het verhaal gaat dat mijn opa dan riep: ‘Brand, brand! En er is geen water!’ Mijn vader werd smid; je kunt het nog zien op het huis op de hoek van de Kerkstraat.

Hij heeft een begrafenis met militaire eer gekregen

Woon je met anderen in huis?

We wonen tegenwoordig samen hier. We kennen elkaar al ons leven lang, we kregen verkering toen we 15 waren. Dat ging anders dan nu natuurlijk. We hebben nooit moeite gehad met het Bijbelse principe: je verbleef niet samen onder een dak, maar dat hoefde ook niet: je was zo thuis.
Toen we trouwden kon ik op een boerderij in Heteren werken, kort daarna namen we de zaak over van Inekes vader. We hadden een winkel met huishoudelijke artikelen, met een postagentschap en een benzinepomp, later de winkel in land- en tuinbouwgereedschap, op de Bredeweg.

Geloof, hoop en liefde

Maar we hebben hier natuurlijk gewoond met onze kinderen, drie jongens en een meisje. De kinderen wonen hier in het dorp, dat is heerlijk. Het laatste stuk van zijn leven heeft onze zoon Henk ook weer bij ons gewoond. Daar zijn we heel dankbaar voor, dat we nog zo lang samen konden zijn met hem. Toen hij ziek werd, in 2014, zijn we minder gaan werken, drie dagen per week nog maar. En toen bleek dat hij ook uitzaaiingen had in zijn hoofd en zijn longen, stadium 4, hebben we de winkel gesloten. Wat is nou belangrijker, samen zijn met elkaar of werken? We hebben geen moment geaarzeld. Henk is 3,5 jaar ziek geweest, maar altijd optimistisch gebleven. Geloof, hoop en liefde heeft ons alle drie door die periode heen geholpen. Hij heeft echt kwaliteit van leven gehad, ook in die laatste tijd. Hij is overleden op z’n verjaardag. 36 is hij geworden. Het was zo’n sportieve jongen, via Defensie is hij in Afghanistan geweest, in Irak, later ook in Israël. Op zijn steen staat de Israëlische vlag. Hij heeft een begrafenis met militaire eer gekregen, al zijn oude makkers waren er, in uniform. We krijgen nog altijd kaartjes van die jongens op zijn sterfdag. Dat is zo’n troost.

Een winkel is voor de sociale contacten

Waaraan besteed je je meeste tijd?

Gerard
We doen beiden graag wat voor de kerk. Niet voor het gebouw, voor de gemeenschap. Ik ben twee maal 12 jaar ouderling geweest en deed in die positie bezoekwerk. Stervensbegeleiding hoort daar ook bij en soms een begrafenis leiden. Als ik daarvoor gevraagd word doe ik dat nog steeds. En dan maakt het voor mij geen verschil of iemand protestant of katholiek is. Toen we de winkel nog hadden, hield ik ook altijd met iedereen gesprekken over persoonlijke zaken, zoals het geloof. Een winkel is voor de sociale contacten, vind ik. Je bent er niet om nieuwtjes te verspreiden, je bent er om te luisteren, de mensen moeten weten dat ze je kunnen vertrouwen.

Op dit moment zit ik niet meer in de kerkraad, maar samen met een ouderling ben ik nog wel bezoekbroeder. Dat ligt me goed. En in het verzorgingshuis, Liefkenshoek, doen we de samenzang met een meditatie, in een zaaltje. Ik maak de liturgie als ik de leiding heb, de diensten worden verdeeld tussen verschillende voorgangers. Een uurtje duurt zo’n samenzijn en het betekent heel veel voor de mensen daar.

Ineke

Ik was kraamverzorgster, we hadden de winkel, nu doe ik bezoekjes bij ouderen en ik schenk koffie in de Voorhof, ik verzorg de Bijbelse dagboekjes – er is zoveel te doen! Een christen denkt ook aan de medemens. Ik ben altijd bezig. In de tuin, fietsen, wandelen… Wij hebben elf kleinkinderen en zes achterkleinkinderen, daar zijn we ook dol op. Maar de kerk is bindend in onze activiteiten.

Tuintje voor, tuintje achter…

Wat is je lievelingsplek in het dorp?

Hier thuis. Maar eigenlijk moet ik zeggen: de kerk. Niet het gebouw, maar waar het voor staat. We zijn er allebei in gedoopt en we trouwden er in 1970. Het is een fijne gemeenschap, dat hebben we ervaren toen onze Henk is overleden. Hij was er zelf ook van ontdaan, zoveel aandacht en steun als we kregen. Tijdens de uitvaartdienst had de dominee een heel bemoedigende preek en we hebben er nog steeds zulke indrukwekkende gesprekken na de dienst. In de kerk komt voor ons alles samen. Dat je er bent voor elkaar is het allerbelangrijkste.

We hebben, vlak na ons trouwen, een tijdje in Heteren gewoond, daar was ik bedrijfsleider op een boerderij. We konden er een woning huren met een stukje grond. Daarna woonden we vijf jaar in Zetten. Ik had niks met die plekken. Allebei niet. Ineke had in Zetten wel de gymnastiekvereniging, die is overal wel tevreden, maar ik had er niks.

Ik kon me er niet ontplooien. Tuintje voor, tuintje achter, je kon er nog geen worteltjes in laten groeien. Ik moet ruimte om me heen hebben, een stukje land. En de mensen maken niet even een praatje, ze lopen gewoon door. Gelukkig wilden mijn schoonouders wel woningruil doen, toen kon ik terug naar mijn eigen thuis, Randwijk.

Voor mij was de overval afgehandeld

Welke gebeurtenis in het dorp staat in je geheugen gegrift?

De reünie met de Molukkers, een paar jaar geleden. Dat was heel bijzonder. Daar waren al onze oude klasgenoten bij. We zagen mensen terug die we soms al jaren niet meer hadden gezien. Een paar jaar eerder was er bij mij in de winkel een overval geweest. Ik wist later wie het gedaan had. Vlak voor de reünie zag ik hem fietsen. Ik heb hem staande gehouden.

Hij schrok zich rot waarschijnlijk, maar ik dacht: ‘Die durft vast niet te komen en dat zou jammer zijn.’ Ik heb gezegd: ‘Er is binnenkort een reünie van je oude school. Ik nodig je van harte uit om daar bij te zijn.’ Dat luchtte hem duidelijk op, hij beloofde dat hij er zou zijn, maar hij is toch niet gekomen.

Voor mij was die overval afgehandeld. De zondag na de overval is er in de kerk gebeden voor de familie Floor en ook voor de overvallers, die zo de weg kwijt waren. Wij hebben ook veel voor hem gebeden en hij heeft een straf van de rechter gekregen. Dan moet je er ook een punt achter zetten.

‘Ik bid elke dag voor u’

In totaal ben ik drie keer overvallen. Van een andere overvaller kreeg ik uit het Huis van Bewaring een brief met excuses. ‘Ik bid elke dag voor u,’ schreef de dader. Dat deed me zo goed. Toen ik voor de rechter moest verschijnen om te getuigen tegen de daders vroeg die: ‘Hebt u ook nog onkosten gehad?’ ‘Dat heb ik,’ heb ik gezegd, ‘maar ik hoef dat niet van deze mensen terug te hebben. Ik ga het hen niet vragen want ik heb een brief gehad en die heeft me getroffen. Ik hoop dat ze de straf krijgen die ze verdiend hebben, maar ik ben een Christen en ik lees in de bijbel: “Overwint het kwade door het goede”. Ik wil het ze vergeven en ik heb geen rancune. Voor mij is het af.’ We hebben elkaar de hand gegeven. Later hoorde ik dat ze me overvielen omdat ze sleutelgeld nodig hadden voor een nieuwe huurwoning. Met alle negatieve dingen zou je God de schuld kunnen geven, maar ik heb er alleen de troost van ontvangen.
Ineke:
Ook omdat we in moeilijke tijden zoveel liefde ervaren. We zijn er altijd samen doorheen gekomen.

Doe je wel eens mee aan activiteiten in het dorp?
We zijn er om anderen te helpen. Het is heel fijn om te zien hoe dankbaar mensen daarvoor zijn.

God ziet het hart van de mens, niet de buitenkant

Wat kun je goed genoeg om er andere mensen mee te helpen?
Ineke:

Ik flap er altijd maar van alles uit. Mijn dochter zegt wel eens: ‘Ma, dat kun je toch ook anders zeggen?’ Daar heeft ze wel gelijk in hoor. Maar doordat we allebei gemakkelijk met iedereen omgaan kunnen we ook snel iets doen voor iemand die het moeilijk heeft.

Gerard:
Dat klopt. Het maakt voor ons niet uit van welke kerk iemand is, of van geen eentje. Het gaat om hoe je leeft, wat je doet voor je medemens. Ik heb niks met die wetjes. Ook vroeger al, toen ik nog in het schoolbestuur zat. De regel was dat meisjes niet in een lange broek naar school mochten. Waarom niet? Moet je er zus of zo uitzien omdat je er anders niet bij hoort? In de bijbel staat: “God ziet het hart van de mens, niet de buitenkant.”

Ik gun het een ander zo, maar ik kan er
alleen maar van getuigen

Als je maar 1 herinnering mee zou mogen nemen in je hele leven wat zou dat dan zijn?

Een bijzondere gebeurtenis in de kerk in Goes, waar onze dochter woonde. Ik was een paar jaar ontrouw aan de kerk. Voor mij was het vroeger dwang, een plicht om ernaar toe te gaan. Dan gaat het tegenstaan. Toen ik jong was wilde ik dat God niet bestond.

Maar we waren bij onze dochter op bezoek en zij nodigde ze ons uit om mee te gaan naar hun kerk. Daar, tijdens de preek, werd ik opeens zo geraakt, ik kreeg er een heel emotioneel gevoel bij en dat had ik nooit gehad. Ik dacht: dit is niet van mijzelf, want eigenlijk had ik een antipathie tegen de kerk. Maar het was overweldigend. Ik ga ervan uit dat ik toen door God aangeraakt en vastgehouden ben. Een bekering had. Op dat moment heb ik God beloofd dat ik me in zou zetten voor de gemeente en dat heb ik ook gedaan.

Als ik in de kerk ben, ben ik blij dat ik er ben. Dat gevoel zou ik wel willen overdragen, maar dat kan niet. Ik gun het een ander zo, maar ik kan er alleen maar van getuigen. Het is een persoonlijke ervaring. Geloof, hoop en liefde, dat ervaar ik dagelijks als Gods genade en soms kan ik dat ook weer zo voelen bij het zingen van een psalm of een bijzondere preek.
Wij begrijpen wel dat er mensen zijn die wereldse verlangens hebben en het gevoel hebben dat alles wat je leuk vindt, niet mag. Dat het wordt belemmerd door een gemeente. Als je dat zo voelt, dan keer je je daarvan af. Maar wij gaan twee keer naar de kerk op zondag. Daar ervaren we de liefde. Dat wil niet zeggen dat die er in de wereld niet is, maar in de kerk voelen we die intens en ervaren we dat Gods geboden juist heilzaam zijn.

Ik heb niet overal spijt van

Welke goede raad had je jezelf als kind wel willen meegeven?

God haalt Zijn kinderen uit alle kerkverbanden. De volmaakte kerk is boven. In de katholieke bijbel staat niks verkeerds. We maken ons daar geen zorgen over. God heeft hier in dit kleine dorpje drie kerken gehad. Dat is misschien wel wat veel van het goede, toch vind ik het jammer dat de katholieke kerk is opgeheven. De Mariaverering, dat is echt een leerverschil, maar ik heb altijd goed over het geloof kunnen spreken met ze. Een tante van mij zei: “Als wij uit een katholiek nest waren gekomen waren wij ook katholiek geweest.”

En ik had minder roekeloos willen zijn als jongen. Ik heb veel uitdagende dingen gedaan: veel uitgaan, met bromfietsen en geweren experimenteren. Ik heb niet overal spijt van, maar je komt er pas later achter dat je je ouders ermee gekwetst hebt, dat ik ze in de zorgen heb laten zitten.

Als je een toverstokje had, wat zou je dan willen veranderen?

Dat de kerk weer helemaal vol mag zitten.

Een opwekking in het dorp

En als je dat zelf zou moeten veranderen, waarmee zou je dan beginnen?

Wij bidden hardop na het eten. Dan bid ik ook regelmatig voor reveil, een opwekking in het dorp. Dat gun je een ander. Maar we maken ons er geen zorgen over, God heeft hier al een kerk, al is het nu nog maar een kleine gemeenschap.

Welk inzicht maakt je leven fijner?

Gerard:

Er staat in de bijbel: Wie Mij belijdt bij de mensen, die zal Ik belijden bij de Vader.

Ineke:

Je bent niet volmaakt en je voelt je ook niet volmaakt. Je maakt fouten en je mag gecorrigeerd worden, dus je zoekt de liefde toch weer op in de kerk.